Lang niet iedereen bouwt vanzelf een volledig aanvullend pensioen op van 70% van zijn loon. Je hebt dan een pensioentekort, of een 'pensioengat'.
Pensioentekort
Er zijn verschillende manieren waarop een pensioengat kan ontstaan. Voor veel mensen geldt een van onderstaande situaties:
- Je bent zo nu en dan van baan veranderd
- Je bent na je 25e jaar begonnen met werken
- Je hebt gewerkt bij een bedrijf dat geen regeling van aanvullend pensioen had
- Je bent ooit tijdelijk gestopt met werken (onbetaald verlof, zorg, werkloosheid)
- Je wil eerder stoppen met werken
- Je bent tijdens je pensioenopbouw gescheiden
- Je pensioenfonds gaat uit van een ander AOW-bedrag dan je werkelijk ontvangt
Pensioenbreuk
Je gaat voor een andere werkgever werken en valt daardoor onder een andere pensioenverzekeraar of een ander pensioenfonds. Over je oude pensioen worden geen salarisstijgingen doorberekend en aanpassingen aan loon- en prijsstijgingen vervallen. Dit tekort noemen we pensioenbreuk; alle andere soorten pensioentekort heten pensioengat.
Tijdelijk niet werken
Als je tijdelijk stopt met werken (zorg, onbetaald verlof, ontslag) bouw je meestal geen pensioen op. Met een WW-uitkering bouw je alleen pensioen op als je voor 1 januari 2011 werkloos bent geworden.
Eerder stoppen met werken
Als je gebruik maakt van een prepensioenregeling en voor je AOW-leeftijd met pensioen gaat, dan bouw je geen aanvullend pensioen meer op. Tenzij je met de VUT bent, dan loopt de pensioenopbouw gewoon (gedeeltelijk) door.
Echtscheiding
In de meeste gevallen wordt bij een scheiding het aanvullend pensioen over beide ex-partners verdeeld. Zo kan een scheiding voor een pensioengat zorgen. Als jij en je partner wel afspraken over de verdeling van het pensioen bij een scheiding hebben gemaakt, dan is dat waarschijnlijk niet het geval.